Mini Volley Academy

Twee / twee – Videoboek

Opbouwen vanuit receptie (complex 1)

Receptie 1

De bal wordt naar de spelers in receptie gespeeld. De niet-passer verlaat de receptiepositie voor de setup. De passer gaat naar het net na de receptie (cfr. dekking). Uit het net komen en aanval (cfr. aanval na blok).

Receptie 2

Open oefening: de niet-passer gaat naar de overzijde wat zorgt voor een receptiesituatie. Doel: de niet-passer wordt passer aan de andere kant van het net, met minder tijd om de balbaan te observeren.

Receptie 3

Idem als 1 and 2 met de nadruk op het breder maken van het lichaam i.p.v. de voeten te verplaatsen (vergroten van de individuele beweegruimte – kinesfeer).

Receptie 4

Omgaan met de conflictzone en het lichaam breder maken.

Receptie 5

Idem als 4 maar bepalen wie de korte en lange opslag controleert in de conflictzone.

Zelfde principe in verdediging (complex 2)

Verdediging

De speler op de diagonale positie (5 of 1) heeft voorrang bij het controleren van de conflictzone, in relatie met de speler op positie 6. Dit kan ook aan bod komen op een lager niveau met vangen en gooien. Tactiek komt altijd voor het aanleren van techniek.

Wat houdt de trainer in het oog?

In elk onderdeel (receptie, verdediging, …) kijken we aandachtig op welk moment de speler beweegt:

Wij hechten weinig belang aan de technische uitvoering wanneer het gaat om het lezen van het spel.

Voorbeelden

Voorbeeld 1

Voorbeeld 2

Voorbeeld 3

Meer voorbeelden volgen